Management van paradoxen

Managers hebben te maken met twee belangrijke paradoxen:

  1. het belang van het individu versus de kracht van het collectief
  2. de drang om te sturen, controle te houden, versus de wil om ruimte en vrijheid te geven

Individu

Heeft talent, kennis, vaardigheden, aspiraties en emoties. Het individu streeft naar zelfontplooiing

Collectief

(kracht collectief) > ∑(kracht individuen)

Vrijheid en ruimte voor ondernemerschap

Veel managers geloven in ‘ondernemerschap’. Maar échte ondernemers proberen de omgeving naar hun hand te zetten en op den duur wordt dat niet als collegiaal ervaren. Daarom moeten ze het van quick wins hebben, grote doorbraken blijven uit. Interne competitie kost veel tijd en energie en is niet goed voor de creatieve interactie. Het merk verliest aan herkenbaarheid, want de losse initiatieven ondergraven een heldere positionering in de markt en pogingen tot 'internal branding' stranden. 

Sturing en controle

Andere managers houden liever zelf de touwtjes in handen. Zo is er 100% focus op de doelen. Maar als de baas het zo goed weet worden medewerkers afwachtend, zo niet apathisch. De creativiteit is weg en er wordt weinig risico genomen. Grote doorbraken worden ten koste van een relatief grote inspanning gerealiseerd. De positionering zal helder en eenduidig zijn, want elke interactie met de buitenwereld wordt gecontroleerd. Maar het merk wordt vaak weinig 'doorleefd'.

De gevolgen voor het individu:

  • frustratie
  • onvoldoende zelfontplooiing
  • ratten winnen
  • talenten vertrekken of modderen door

De gevolgen voor het individu:

  • geen zelfontplooiing
  • apathie
  • ratten winnen
  • de rest wendt creativiteit en energie aan in de
    privésfeer

Paradoxen vragen om een synthese. Hoe je dat doet leest u hier